WACHTEN.

Ik heb erover nagedacht en denk dat een mens zo ongeveer de helft van zijn leven besteed aan wachten. Het begint al voordat je geboren bent. Je ouders zijn in blijde verwachting en wachten totdat jij ter wereld komt.

Dan begint voor jou het leven en wachten, want hoe kleiner en jonger je bent hoe afhankelijker je bent. Je wacht op alles, want zelf kan je nog niks. Als je goede ouders hebt duurt het wachten nooit lang, andersom wel. Je wacht tot je een schone luier en eten krijgt en zij wachten weer op jouw eerste lachje.

“WACHTEN.” verder lezen

Dinsdag 14 April.

Ik ben nog niet veel wijzer geworden wat Wim betreft, hij doet gewoon, maar erg vertrouwen doe  ik hem niet. Zeker niet nadat ik  dat geld in zijn beurs heb gevonden.  Hij gaat ook nog steeds veel weg, zogenaamd een blokje om als ik iets vraag. Ik heb al geprobeerd om eerder naar huis te gaan, maar dat lukt niet goed. Het is vrij druk de laatste tijd, dus dat zit niet mee. Misschien moet ik eens een dagje vrij vragen en dan de boel in de gaten houden. Mijn auto ergens anders parkeren en kijken of hij weggaat en waarheen.

“Dinsdag 14 April.” verder lezen

VROUWEN.

Net als mannen zijn ze er ook in alle soorten, mooie, lelijke, kleine, dikke en dunne.  Maar dat is het uiterlijk. Mooie hebben het altijd gemakkelijk, zeker als ze wat willen bereiken. En dan denk ik niet alleen aan hun carrière, maar ook aan andere dingen. Een mooie vrouw is zich daarvan bewust en buit dat uit, niet allemaal, maar veel wel. Met een lief glimlachje krijgt ze alles voor elkaar, bijna alles.

“VROUWEN.” verder lezen

Dinsdag 7 April.

Gisterochtend wilde ik boodschappen gaan doen, maar vlak voordat ik wegging  zag ik dat ik geen contant geld in mijn beurs had. Omdat ik een hekel heb aan pinnen, ( is stom dat weet ik,) besloot ik even in de beurs van Wim te kijken of daar nog geld in zat. We hebben een gezamenlijke rekening, zodoende doen we dat wel vaker. Is ook geen probleem, meestal zeggen we dat ook, maar omdat hij nog in bed lag wilde ik hem niet storen en dacht ik vertel hem dat strakjes wel. Niks aan de hand zou je zeggen, maar toen ik zijn beurs openmaakte schrok ik, er zat iets van 500 euro in en dat is niks voor Wim.

“Dinsdag 7 April.” verder lezen

VERVOLG DOOF.

Het is alweer ruim een jaar geleden dat ik hier over schreef, maar vergeten ben ik het niet. Mijn lieve schat al helemaal niet, want een keer in de zoveel tijd begint hij erover. Zo in de trant van ‘Je hoort écht niet goed.’ Dus toen we tijdens een van onze familie uitstapjes gezellig  op een terrasje zaten kwam als vanzelf het onderwerp weer eens ter sprake. Ik zweeg en deed net alsof ik écht doof was, maar toen ik een poosje later met mijn schoon-en- kleindochter alleen was begon ik er over. Vrouwen onder elkaar gesprekken. Mijn kleindochter gaf me een briljant advies. ‘Weet je,’ sprak ze wijs, ‘je moet het laten testen, als je niet doof bent kan je het bewijzen en ben je van het gezeur af.’

Nou, ik vond het een geweldig goed voorstel. ( Echt een slimme meid, precies haar oma!)

“VERVOLG DOOF.” verder lezen

Donderdag 2 April.

Gisterochtend belde Jeroen, het was nog vroeg, ik denk even na achten. Ik schrok omdat ik niet gewend ben dat hij zo vroeg belt. Dus het eerste dat ik dacht, er is vast iets gebeurd. ‘Enne?’ vroeg ik ook meteen, ‘alles goed?’

‘Nee,’ zei hij, ‘je raadt nooit wat er gebeurd is.’ Nou, toen schrok ik pas echt. ‘Nou,’ zei hij, ‘ik zal het maar vertellen, mijn hele flat staat onder water, alles ligt vol. Je moet echt even komen, ik weet niet hoe ik dat weg moet krijgen.’

‘Hoe kan dat? Wat is er gebeurd?’vroeg ik.

“Donderdag 2 April.” verder lezen

VERHUIZEN.

Iedereen kan er wel over meepraten, ik ook, en ik word al moe als ik er aan denk.

Als je van klein naar groot gaat is dat prettig, andersom niet, dan ben je genoodzaakt een heleboel spullen weg te gooien. Ruim van te voren begin je al met uitzoeken. De zolder-als je die hebt- is als eerste aan de beurt. Kerstspullen staan meestal al in dozen, dus die kan je zo laten staan. Maar er zijn ook andere spullen die je verzameld hebt. Speelgoed van je kinderen, dat moet bewaard blijven. Oude kleding kan weg, net zoals tijdschriften. Ja, ik ken mensen die die bewaren. Waarom? Nou, ‘gewoon,’zeggen ze dan, ‘voor als ik eens ziek ben of me verveel, of zo.’ Nou, die dingen blijven daar liggen tot Sint Jutemus of, tot je gaat verhuizen. Dan kunnen ze weg, je gooit ze bij het oud papier en gaat verder. Een tv die het nog doet, maar hopeloos uit de tijd is: weg met dat ding. Zo ga je verder, stap voor stap.

“VERHUIZEN.” verder lezen

Donderdag 26 Maart.

Wim blijft vreemd doen, hij gaat ook steeds vaker weg én dat vind ik helemaal raar. Gister ook, ik was bezig in de keuken toen hij ineens achter me stond en zei: ‘Ik ga even een stukje lopen.’ Ik moet heel onnozel gekeken hebben want terwijl hij naar de deur liep mompelde hij nog iets van: ‘Ik heb daar zin in,’ verder niks. Ik keek hem na en naar buiten, het regende, niet hard, maar toch. Ik kreeg ook geen kans om iets te zeggen of te vragen want even later hoorde ik de voordeur al dichtvallen. Ik weet echt niet wat ik ervan denken moet. Het zal toch niet zo zijn dat hij vreemd gaat? Dat kan ik me haast niet voorstellen, anders zou ik het niet weten. Ergens klopt er iets niet, maar wat weet ik niet, zodra hij straks thuiskomt zal ik hem erover aanspreken. Wim en wandelen! Dat is net zo ondenkbaar als dat de Paus protestant wordt!

“Donderdag 26 Maart.” verder lezen

HUISDIEREN.

Heel lang geleden woonde ik samen met mijn twee zonen, hond, papegaai, beo en poes in een leuk rijtjeshuis toen ik op een dag nieuwe buren kreeg. Het was een jong stel dat regelrecht uit Den Haag kwam en net als ik, hadden ook zij huisdieren, twee papegaaien en een hond. Hun hond kon het al snel heel goed met mijn hond vinden, het werden dikke maatjes. Het was ook makkelijk want als er iets was pasten we op elkaars dieren.

“HUISDIEREN.” verder lezen

Vrijdag 20 Maart

Zondag was het niet druk, daarom mocht ik van de baas vroeger naar huis. Het was  een uur of negen toen ik naar binnen liep en het eerste dat me opviel was dat Wim niet thuis was. Ik was echt verbaasd, heb nog boven gekeken, maar daar was hij ook niet. En omdat ik de auto mee had kon ik me niet voorstellen dat hij écht ver weg zou zijn. Die man is normaal gesproken niet de deur uit te krijgen. Die zit op de bank en blijft daar zitten, dus ben ik naar buiten gelopen om te kijken of de fiets in de schuur stond, en die stond er gewoon.

“Vrijdag 20 Maart” verder lezen