Dinsdag 11 Augustus

Om ’s avonds naar Ruud te kunnen gaan heb ik een plan bedacht. In feite is het heel simpel, zodra hij me belt of ik naar hem wil zeg ik tegen Wim dat ik onverwacht moet werken, ook op andere dagen dan de weekeinden. Alleen moet ik blijven oppassen, zeker nu hij achterdochtig is, maar ik heb een voordeel, hij bemoeit zich niet met onze financiële situatie, dus dat is makkelijk. Zodra hij begint te zeuren zeg ik dat we het geld hard nodig hebben, maar ik denk dat hij dat wel uit zijn hoofd laat, zeker omdat ik vermoed dat hij toch weer gaat gokken.

“Dinsdag 11 Augustus” verder lezen

Dinsdag 4 Augustus.

Zondag was ik jarig en moest ook werken en eerlijk gezegd kwam me dat best goed uit. Ik had echt geen zin om het te vieren. Jeroen belde al vroeg om me te feliciteren en dat vond ik leuk. Hij vroeg of ik nog iets ging doen. Dat ik het niet vierde vond hij jammer, maar begreep het wel. ‘Het is jammer dat je werken moet, anders was ik wel komen koffie drinken.’ Ik zei dat ik het zelf ook jammer vond en heb met hem afgesproken om van de week samen iets leuks te gaan doen, gewoon met ons tweetjes ergens een hapje gaan eten en bijkletsen. Of ik Wim ook meeneem weet ik nog niet. Jeroen vroeg er in elk geval niet naar, maar dat kan nog komen natuurlijk. Wat ik dan doe weet ik nog niet, ik heb in elk geval geen zin om hem mee te nemen. Zeker nu niet. Hij had een cadeau voor me en dat was wel een teleurstelling, zeker omdat ik weet dat hij daar geld voor had. Tenminste dat zei hij toen ik het in zijn broekzak zag zitten. Honderd euro die hij zogenaamd apart had gehouden om iets voor me kopen. Nou, hij feliciteerde me, gaf me onhandig een kus en een cadeaubon van 25 euro voor het Kruidvat.

“Dinsdag 4 Augustus.” verder lezen

Vrijdag 31 Juli.

Ruud heeft gebeld en ik was helemaal blij, zeker omdat ik zo lang niks van hem gehoord had. Afgelopen dinsdag  was ik nog wezen poetsen, maar dat was het dan ook. Hij belde woensdagavond. Ik zat net tv te kijken toen mijn mobiel overging. Ik zag het meteen, ook dat Wim naar me keek. Hij zei niks en vroeg niks. Ik pakte de telefoon op en zei: ‘Voor het geval je het weten wilt, het is mijn baas, ik loop even naar buiten.’ Ik keek hem aan en zag aan zijn gezicht dat  hij iets wilde zeggen, maar ik gaf hem geen kans en liep meteen door.

“Vrijdag 31 Juli.” verder lezen

Maandag 20 Juli.

Ik zit er nog steeds mee dat Wim zoveel geld in zijn broekzak had zitten, en dat verhaal over mijn zogenaamde verjaardagscadeau. Hoe langer ik erover nadenk hoe zeker ik er van ben dat hij toch weer gaat gokken. Om stoom af te blazen ga ik zoveel weg en dat helpt. Soms ga ik in mijn uppie wandelen of op een terrasje zitten.

“Maandag 20 Juli.” verder lezen

Dinsdag 14 Juli.

Wim moest zich gisteren bij de bedrijfsarts melden en erg blij was hij niet, dat zag ik aan zijn gezicht, het stond op onweer. Ik had geen medelijden met hem, integendeel, ik hoopte echt dat hij meteen weer aan het werk moest, lekker rustig thuis!

“Dinsdag 14 Juli.” verder lezen

Maandag 6 Juli.

Wim zit nog steeds thuis, hij klaagt echt de hele dag over rugpijn, maar intussen ligt hij de hele dag op de bank. Gistermiddag was ik het echt zat en was blij dat ik werken kon.
Even weg en geen gezeur aan mijn hoofd. Ik ruim nog liever stront dan dat ik thuis zit.
Woensdag ben ik nog bij Ruud geweest. De dag ervoor was ik wezen poetsen en net toen ik bijna klaar was kwam hij naar binnen. Ik was hartstikke blij.

“Maandag 6 Juli.” verder lezen

Vrijdag 26 Juni.

Gisterochtend was ik vroeg opgestaan omdat ik de ramen wilde wassen, nou ja, wilde, het moest nodig gebeuren. Ik had net een emmer met sop klaarstaan toen ik Wim ineens hoorde binnen komen. Verbaasd liep ik naar de gang: ‘En,’ vroeg ik, ‘is er iets niet goed?’ Ik dacht aan zijn werk, niet aan hem zelf. Schijnbaar zag hij het aan mijn gezicht want hij snauwde: ‘Nee, ik verrek van de pijn in mijn rug en daarom ben ik naar huis gekomen. Zoals ik me nu voel ben ik echt niet in staat nog verder te lopen met zo’n zware tas.’ Hij zuchtte diep en keek zo theatraal dat ik begon te twijfelen. Ik keek naar de tas en vroeg: ‘Moet je nog veel bezorgen?’

“Vrijdag 26 Juni.” verder lezen