Dinsdag 22 September.

Het is me gelukt! We zijn niet geweest en ik ben superblij, Wim niet, hij vond het vreselijk jammer. Nou moet ik wel zeggen dat ik het idee om er onderuit te komen op mijn werk kreeg.

Het was de zondag voordat we zouden gaan en ik had me er eigenlijk al een beetje bij neergelegd dat ik er niet onderuit kon omdat ik geen smoesje wist te bedenken. Maar goed, rond een uur of zes komt er op mijn werk een man naar binnen, ik keek op en zag dat hij behoorlijk ongelukkig liep. Ik knikte vriendelijk en keek hem na. Pas toen hij van de wc afkwam en zijn handen ging wassen viel  het kwartje. Ik dacht bij mezelf: DIT IS HET! Ik verzwik mijn enkel, dan kan ik niet mee. Dus vlak voordat ik klaar met werken was ben ik naar mijn baas gegaan en vroeg  of hij een verbanddoos had. Het smoesje had ik al klaar. “Ja, ziet u, het is zo,” begon ik poeslief toen hij me niet begrijpend aankeek. “Er was iemand op de wc die zich bezeerd had en die vroeg of ik een verbandje had,” en dat heb ik niet. Dus misschien is het een goed idee om een neer te zetten voor het geval dat.” Hij knikte  vriendelijk en zei dat het inderdaad een goed idee was dat ik daar aan dacht! Ja, ik vond het zelf ook geweldig. Goed, ik weer terug naar beneden, mijn enkel vakkundig ingepakt en toen naar huis. Wim zag het meteen toen ik naar binnen liep. Ik liep ook mank!

‘Wat heb je?’ zei hij geschrokken. ‘wat is er gebeurd?’

Ik trok een zielig gezicht en zei: ‘Ik ben gestruikeld en heb mijn enkel verstuikt.’ Ik strompelde naar de bank en ging zitten. Wim bleef maar naar me kijken. ‘Hoe moet dat nu morgen? Kan je zo wel mee?’

Ik schudde mijn hoofd: ‘Nee, ik moet rust houden, dat zei de arts die me onderzocht heeft,’loog ik met een stalen gezicht.

‘Ben je naar de dokter geweest?’

‘Ja, een van de serveersters heeft me naar een diensdoende huisarts gebracht en die heeft me onderzocht én gezegd dat ik zoveel mogelijk moet rusten met die enkel.’ Terwijl ik dat vertelde tilde ik voorzichtig en heel theatraal mijn been op schoof een stukje naar achter.

Wim bleef maar naar me kijken, heel langzaam viel het kwartje, ik zag het. ‘Dus dat betekent dat we morgen niet kunnen gaan, of wat?’

‘Nee, dat gaat nu niet, ik vind het vreselijk, zeker omdat ik me er zo op had verheugd.’ Ik zuchtte diep en wreef demonstratief over mijn ogen. Wim zag het, hij kwam naast me zitten en sloeg een arm om me heen. ‘Ik had me er ook op verheugd, maar het is niet anders. Ik ga morgenvroeg meteen bellen en vragen of het mogelijk is dat we een ander keertje komen. Per slot hebben we al aanbetaald. Als het niet lukt vraag ik het geld terug.’ Hij gaf me een kus op mijn wang en stond op. ‘Ik zal eerst eens iets te drinken inschenken.’

Pas toen Wim naar de keuken liep dacht ik dat ik misschien toch iets anders had moeten bedenken. Maar dat ging niet meer, niks ging meer, ook niet naar Ruud gaan en dat vond ik vreselijk. Goed, hij was in de veronderstelling dat ik naar Yrseke ging, maar dan nog.

Ik heb me te pletter verveeld op die bank, wist niks anders te bedenken dan tv te kijken en te lezen. Wim zat ook bijna de hele tijd bij me, hij sloofde zich ook uit door van alles voor me te doen, dus ik kon ook nog niks de eerste dagen.

Maar, ik heb het volgehouden, om precies te zijn drie dagen. Toen was ik ‘zover beter’ dat ik redelijk kon lopen en ook weer kon werken.

Zometeen ga ik naar Ruud, niet om schoon te maken, maar omdat ik hem vreselijk heb gemist.

 

Please follow and like us:

3 antwoorden op “Dinsdag 22 September.”

  1. Wat ze allemaal moet verzinnen om niet met Wim op vakantie te hoeven gaan. Maar gelukkig gaat h3t weer een beetje jaja. Nou ik zal het wel weten hoor…..

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *